Geboorte – huwelijk – dood © Frigga Asraaf 2008
Hoogtijdag is een mooi oud woord voor een feestdag. In het duits spreekt men bijvoorbeeld bij een bruiloft nog altijd van Hochzeit of Hochzeitfest. Dit artikel gaat voor een groot deel over hoogtijdagen, met name over het vieren van een bruiloft of een naamgeving en gebruiken en rituelen hieromtrent. In het kort wordt besproken hoe de ceremonieën er bij de verschillende gelegenheden zouden kunnen uitzien. Heidenen en paganisten vieren immers op hun eigen manier een bruiloft of een naamgeving. Voor de vormgeving van de rituelen blikken ze ondermeer terug naar de wijze waarop in vroeger tijden een huwelijk werd voltrokken of hoe een nieuwgeborene in de familiekring werd opgenomen. In dit stuk richt ik me daarvoor op gebruiken van de oude Germanen voor zover bekend en de volksgebruiken die ons land rijk is. In oude volksgebruiken is natuurlijk voor iedereen inspiratie te vinden, religieus of wereldlijk en ongeacht welke stroming men verkiest.
Dit stuk beperkt zich tot rituelen rond huwelijk, geboorte en dood. Hetgeen dat aan de orde komt, gaat uiteraard voor meer gelegenheden op, want het heeft betrekking op diverse overgangsmomenten in een mensenleven. Deze belangrijke gebeurtenissen zijn vaak keerpunten waarbij men nog al eens door middel van een ritueel of viering stil wil staan en daar vallen ook zaken als adoptie, pensionering en verhuizen onder.
De dood en de daarop volgende begrafenis of uitvaart nemen een wat aparte plek in. Het is over het algemeen geen vrolijk maar een droef gebeuren dat gepaard gaat met verdriet en pijn. Er moet in een paar dagen tijd van alles geregeld worden. Toch is een rouwplechtigheid ook een hoogtijdag in de zin dat het een belangrijke dag die een aanzienlijke rol speelt in de rouwverwerking voor de nabestaande. Daarnaast kan een ritueel nodig zijn om de ziel van de overledenen te begeleiden of te ondersteunen bij de overgang van leven naar dood. Voor soortgelijke rituelen is echter ervaring nodig en het is aan te raden hier een ervaren persoon voor in te roepen mocht het wenselijk zijn.
Hoe ziet een heidens huwelijk eruit en hoe verloopt een paganistische naamgeving? Naar mijn mening is daar geen kort antwoord op. Het hangt af van zoveel af, waaronder een eventuele levensbeschouwing, de omgeving waar het plaats gaat vinden, het aantal gasten, maar vooral van de persoon of de personen voor wie de ceremonie bedoelt is. De verschillende heidense stromingen als asatru, druïdisme, hekserij, westers sjamanisme en wicca kennen hun eigen gebruiken en ceremoniën. Wicca, hekserij en druïdisme gebruiken wel de engelse term handfasten, waarbij gekozen kan worden een verbintenis voor een jaar en dag of voor een heel leven aan te gaan. De meningen zijn verdeeld of dit gebruik een verloving dan wel een huwelijk is, waarschijnlijk is ook dit weer afhankelijk van persoonlijke meningen. Men spreekt ook wel van over de bezem trouwen of van een heksenhuwelijk.
Met enige regelmaat worden wel ergens, op fora of bijeenkomsten, door iemand vragen gesteld over rituelen en ceremoniën zoals het sluiten van een heidens huwelijk, een asatru naamgeving of een paganistische uitvaart. Soms zijn het mensen die op zoek zijn naar informatie, mogelijkheden en ideeën. Triest vind ik de vraag ‘Hoe hoort het?’ die er vaak bij wordt gesteld. Daar gaat het volgens mij helemaal niet om. Waar het wel om gaat is waarom mensen naast de wettelijke huwelijksvoltrekking ook of misschien wel alleen een religieus huwelijk belangrijk vinden, hoe ze het vorm willen geven en wat ze ermee tot uitdrukking willen brengen. Ik vraag me dan ook af of de vraag letterlijk bedoeld is of dat men eigenlijk wil aangeven geen idee te hebben hoe een hoogtij-blot er uit kan zien.
Het kan prettig zijn de zorg voor het blot over te dragen aan een ander. Een vriend of vriendin kan natuurlijk de rol van ritueelbegeleider op zich nemen, maar misschien wil je het juist wel allemaal zelf doen. Het hangt denk ik af van het soort ritueel en de gelegenheid. Een huwelijksritueel is bijvoorbeeld heel anders dan een naamgeving. De gebruiken rond een naamgeving brengen met zich mee dat de ouders zelf het blot leiden, maar daarover later meer.
Enige tijd na het leiden van een huwelijksritueel kreeg ik van een van de jonggehuwde een ontroerend compliment: “Toen we jou tegenkwamen, bleek dat wel mogelijk was wat wij wilden”. Deze opmerking geeft naar mijn gevoel goed weer hoe ik de rol van ritueelbegeleider zie: een ritueelbegeleider helpt mensen te ontdekken wat zij willen bij de betreffende gelegenheid en om hier een vorm bij te vinden. Vaak weten ze het eigenlijk al, maar hebben er of nog geen woorden voor of een vorm kunnen bedenken. Doorvragen brengt dan vaak duidelijkheid. Een ritueelbegeleider is al dan niet verbonden met een bepaalde stroming en heeft de nodige ervaring met het bedenken, uitvoeren en leiden van rituelen en ceremonieën bij allerlei gelegenheden, alleen, met een enkeling en met kleine en grote groepen.
Hier laat ik Rachèl aan het woord met een terugblik op de voorbereidingen van haar huwelijksceremonie die door mij geleid werd:
De eerste kennismaking was spannend, gezellig en we kregen huiswerk op. We moesten nadenken over waarom we dit ritueel wilden en wat we ermee voor ogen hadden. Nog best een ingewikkelde opdracht waar Wilco en ik wat avondjes met z’n tweeën, en een paar keer met Frigga erbij, over gediscussieerd hebben. Hierbij bleek dat beeldspraken dingen kunnen verhelderen, maar ook onduidelijk kunnen maken als iemand iets heel anders gebruikt. Ik was nog niet zo bekend met de voorstelling van het lot als een groot web of weefwerk (het web van wyrd). Ik had het dus over een grote dossierkast waarin we Wilco’s mapje en mijn mapje via het huwelijksritueel wilden samenvoegen. Het duurde even voordat duidelijk was dat ik hiermee eigenlijk precies hetzelfde bedoelde als Frigga, wanneer zij sprak over het weven van nieuwe draden in ons web.
Zoals ik al eerder zei waren we tot we Frigga ontmoetten de enige twee heidenen die we kenden. De meeste van onze genodigden hadden nog nooit van asatru gehoord en zouden zich waarschijnlijk niet op hun gemak hebben gevoeld in een langdradig ritueel met lezingen uit de Edda en wie weet wat nog meer allemaal. We wilden ook vermijden dat familie en vrienden zich erbij zouden vervelen of er geen touw aan vast konden knopen. We besloten dus te gaan voor een kort en eenvoudig ritueel.
Vlak voor, tijdens en kort na het ritueel ben je ook een beetje gastvrouw of gastheer, vooral bij mensen die nog nooit een heidens ritueel hebben bijgewoond en voor wie het alleen al onwennig is in een kring te gaan staan. Ook dat moet een beetje aangestuurd en zo zijn er nog tal van zaken om rekening mee te houden. Van te voren uitleggen dat de hoorn rond gaat bijvoorbeeld, wat de bedoeling ervan is en dat men in het geheel niet verplicht is iets te zeggen of te drinken. Een beetje hulp bij het bedenken van heildronken bij de uitleg vooraf maakt het ook duidelijker, in geval van een bruiloft: ‘heil aan het bruidspaar’ of ‘ik wens het bruidspaar alle goed’.
Betrek de getuigen bij het ritueel en laat hen een taak vervullen, de gebruikelijk dingen als het dragen van de ringen en de huwelijksgiften. Kinderen vinden het prachtig als ze mogen helpen de hoorn vol te schenken en nemen zo’n taak heel serieus, giechelend en wel.
Na het blot komen er eigenlijk altijd wel mensen naar me toe met vragen of om te vertellen dat ze het, soms tegen de verwachting, heel mooi vonden. Als ritueelbegeleider neem ik tijd om mensen dan te woord te staan en eventueel nog wat dingen nader toe te lichten. Voorgaande geldt natuurlijk ook bij andere gelegenheden.
Voor mensen die op zoek zijn naar informatie over gebruiken rond hoogtijdagen kan ik het boek ‘Rituelen, Nieuwe en oude gebruiken in Nederland’ van Jef de Jager aanraden. Deze schrijver is cultureel antropoloog en geeft een schets van gebruiken en gewoonten rond ondermeer huwelijk, geboorte en dood door de eeuwen heen op het platteland en in de stad. Daarnaast komen ook gebruiken aan bod van de verschillende bevolkingsgroepen die Nederland tegenwoordig rijk is, zoals Joden, Chinezen, Surinamers enzovoorts.
Wie meer achtergrond informatie wil uit germaanse tijden raad ik het boekwerkje The Rites of Heathendom, Blót, Symbel, and other Rites van de amerikaanse heiden Eric Wodening aan. Een dun boekje, maar als opstapje juist de moeite waard. Naast algemene uitleg over een blot heeft het een hoofdstuk over een heidense bruiloft in oude tijden, gebruiken rond de naamgeving en het laatste hoofdstuk behandelt begrafenissen.
Voor wie voorbeelden zoekt voor asatru rituelen wijs ik op Rituelen voor de Noordse Traditie, deel I Blots voor goden, godinnen en andere wezens en deel II De Jaarfeesten van mijn hand. Het laatste deel van deze drieluik Hoogtijdagen in een mensenleven laat op zich wachten. Het is de bedoeling in de toekomst dit deel samen met de geheel herschreven eerste twee delen in één boek uit te geven.
Huwelijk
Aan het sluiten van een huwelijk gaat heel wat vooraf. De praktische zaken zoals het bepalen van een datum, het uitzoeken van bruidskleding, een trouwlocatie en noem maar op. Het moment komt waarop nagedacht moet worden over een heidense huwelijksceremonie. Het ene stel is diep religieus en wil ten overstaan van de goden een heilige band met elkaar aangaan en een ander stel wil samen met familie en vrienden hun band bevestigen. Hier volgt weer een citaat uit het artikel ‘Onze heidense huwelijksceremonie’:
We zijn begonnen met zoeken naar informatie over huwelijksrituelen in het verleden bij de oude Germanen en in het heden binnen asatru. In allerlei artikelen en boeken lazen we over het belang van het huwelijk in de zin van het samenvoegen van twee sibbes, over bruidsschatten, huwelijksgeschenken en over Tacitus’ bewondering van de germaanse huwelijkse trouw, maar weinig wat ons echt een beeld gaf van een huwelijksceremonie zoals wij hem zochten in het hier en nu.
Een paganistische of heidense huwelijksceremonie in het hier en nu dat is waar het om draait. Een eigentijdse invulling van oude gebruiken, een futuristische vormgeving op heidense leest geschoeid en alles daartussen behoort tot de mogelijkheden. Zelf kies ik bijna altijd voor eenvoudige rituelen en kom daar voor hoogtij-ceremonieën ook bij uit. Eventueel nodig ik het aanstaande bruidspaar uit voor een ritueel als ze er nog weinig of geen ervaring mee hebben, zoals een jaarfeestblot. Zo hebben ze een voorbeeld van hoe een ritueel kan verlopen en kunnen tegelijk ook kennismaken met mijn werkwijze:
Frigga bood een raamwerk voor een ritueel: ‘opening – aanroep – doel – eventueel offer – sumbel – afsluiting’. Ze nodigde ons uit voor een lenteritueel, zodat we zelf in elk geval al een keer eerder een ritueel meegemaakt zouden hebben. Ik had haar boeken ‘Rituelen voor de Noordse Traditie, deel I en II’ inmiddels gelezen en dacht al best een aardig idee te hebben wat ik kon verwachten. Toen ze begon met de zonnerad-rite en de Algiz-houding aannam kon ik een gniffel niet onderdrukken en ik wist dat mijn familie dat ook niet zou kunnen. Hier stond een volwassen vrouw met haar armen in de lucht tegen iets onzichtbaars te praten, het lachen ging echter snel voorbij. Terwijl ze het zonnerad aanriep in de vier windstreken gebeurde er iets, tegelijkertijd maakten een vreemde rust, een evenzo vreemde spanning en stilte en een ‘wauw-gevoel’ zich van mij meester. Het voelde alsof we in een cirkel van energie stonden, zoiets had ik nog nooit meegemaakt maar het beviel me prima!
Dikwijls is een stel al voor de wet getrouwd voor de heidense huwelijksceremonie en ze hebben elkaar dus al het jawoord gegeven. Mijn voorkeur gaat er naar uit dat ze in het huwelijksblot hun eed van trouw of intentie naar elkaar uitspreken zonder tussenkomst van de ritueelbegeleider. Bij een burgerlijke huwelijk spreken bruid en bruidegom vrijwel weinig anders uit dan het woord ja. Een blot biedt ruimte elkaar te laten weten wat het huwelijk betekent bijvoorbeeld.
De sumbel die aan het begin van het hiervoor aangehaald citaat genoemd wordt, staat voor het rondgaan van de hoorn, een onderdeel dat eigenlijk in geen enkel germaans heidens blot ontbreekt naar mijn ervaring. Het rondgaan van de hoorn is een moment in een ritueel om heildronken uit te brengen en in dit geval ter ere van het bruidspaar.
Dit zijn twee onderdelen waar een heidens huwelijksplechtigheid uit kan bestaan. Er is vanzelfsprekend veel meer te bedenken. Een eenvoudig raamwerk voor een huwelijksblot is bijvoorbeeld als volgt:
– de hoorns klinken ten teken dat het blot aanvangt
– de opening, bijvoorbeeld een zonnerad-rite
– het aanroepen van voorouders, goden enzovoorts
– het uitspreken van de huwelijkseed
– het uitwisselen van ringen
– het uitwisselen van huwelijksgeschenken
– sumbel
– offer
– zegenen van het bruidspaar
– afsluiting
Een oudgermaans gebruik bij allerlei gelegenheden is het uitwisselen van giften en bij een huwelijk bestond dit gebruik uit drie delen: het handgeld, de morgengift en de bruidsschat. Op de morgengift na zijn de onderdelen in onze cultuur geheel uit de tijd. Het handgeld (oudengels handgeld of mund, oudnoords mundr) werd door de bruidegom aan de familie van de bruid betaald voor het verkrijgen van de voogdij over de aanstaande echtgenote. De bruidsschat (oudengels brýdgifu, oudnoords heimanfylgja) werd door haar eigen familie aan de bruid geschonken en bleef in haar bezit.
De ochtend na de bruiloft schenkt de bruidegom zijn bruid een geschenk: de morgengift (oudengels morgengifu, oudnoords morginnjöf). Bij verschillende huwelijksrituelen die ik geleid heb gaven de bruid en bruidegom elkaar een geschenk tijdens de ceremonie en hadden me verteld elkaar de volgende dag ook te zullen verassen met een morgengift.
Een uitdrukking die nog altijd gebruikt wordt om de huwelijksviering mee aan te duiden is het woord bruiloft en het woord vertelt ook iets over het gebeuren. Het komt in een aantal germaanse talen voor ondermeer het oudengels brýdhlóp en het oudnoords brúðhlaup. Mogelijk is de oude betekenis de bruidsoptocht. Een gebruik dat nog lang in zwang is gebleven op vele plaatsen.
Naamgeving
Het zogenaamde kniezetten is een oude gewoonte die nog tot in de twintigste eeuw in gebruik is gebleven en nu door heidenen weer wordt toegepast. Volgens het oude germaanse recht erkende een vader een kind door het van de grond op te tillen en het op zijn knie te zetten. Nu overhandigt de moeder haar kind aan zijn vader tijdens het naamgevings- of welkomsblot en zet de nieuwbakken vader zijn jonggeborene op zijn knie.
Een naamgevings- of welkomsblot is bedoelt om een boreling welkom te heten in de kring van familie en vrienden. Mogelijk wil je je kindje ook voorstellen aan de geesten of de goden en hen vragen het te steunen en te beschermen. Aan de genodigden kan gevraagd worden een kleinigheid mee te nemen als welkomsgeschenk, eventueel met symbolische waarde. Een anderen idee is een wensbuidel waar mensen een briefje met daarop een goede wens geschreven in kunnen doen of een wensboom waar de wensen aangehangen worden. Een eenvoudig rollenspel waarvoor de inspiratie gevonden wordt in het sprookje van Doornroosje kan onderdeel van het blot zijn. In dit verhaal komen immers drie feeën met hun goede wensen op kraambezoek. Geheel op z’n heidens maken we daar natuurlijk de drie nornen Urd, Werdande en Skuld van.
Zelf heb ik geen kinderen, maar het lijkt mij vanzelfsprekend je kinderen op te voeden vanuit je eigen levensbeschouwing of religie. Dat heeft immers een sterke invloed op je doen en laten en is in duidelijke mate minstens mede bepalend voor je opvattingen op tal van punten. Het is echter goed te beseffen dat een welkoms- of naamgevingsblot een opname in de gemeenschap is en duidelijk geen opname in geloof of levensbeschouwing. Het is aan het kind in de loop van zijn of haar leven te bepalen of het een religie aan wil hangen of juist niet.
In de loop der jaren heb ik in verschillende landen kinderen meegemaakt tijdens rituelen. Kleintje op de ouders op schoot zich nog nergens van bewust, peuters en kleuters die in de buurt van hun ouders in de kring neerploffen, en wat oudere kinderen die lekker aan het spelen zijn maar als de hoorn rondgaat in de kring komen staan voor een klein slokje mede. Pubers die aan het ritueel deelnamen en ontroerende of wijze heildronken uitbrachten en kinderen die met hun ouders wel meekwamen naar bijeenkomsten, maar niets met het geloof of een ritueel te maken wilde hebben.
Kinderen kunnen naar mijn mening een beroep op de geesten of goden doen maar dat schept geen verplichtingen tot ze een leeftijd hebben bereikt waarop ze beslissingen over dit soort zaken kunnen gaan nemen. Dat zal ook per kind verschillen. Een keuze leeftijd is zo rond het veertiende jaar. Tot die leeftijd zijn ze vrij de kring in en uit te lopen, maar vanaf viertien zijn ze heel goed in staat te kiezen of ze een blot in zijn geheel willen bijwonen of niet.
Terug naar naamgeving en welkom en wat het verschil daartussen is. Eigenlijk is dat heel eenvoudig. Bij een naamgevingsblot krijgt de boreling zijn of haar naam. Daar zijn ook weer variaties op te bedenken. Mogelijk hebben de ouders de naam voor het kindje al wel gebruikt, maar horen familie en vrienden het pas tijdens de naamgeving op de negende dag na de geboorte voor het eerst. Naamgeving en welkom vallen dus samen, waar een welkomsblot zich beperkt tot het welkom heten van het kindje in de kring van familie en vrienden.
Een raamwerk voor een naamgeving loopt deels gelijk aan die van een huwelijksceremonie en menig ander ritueel. Een opening is immers altijd het begin van het blot. Bedenk altijd van te voren wat er allemaal nodig is en zet dit klaar. Denk er ook aan een fles vast te ontkurken of de dop van te voren los te draaien.
– openingsrite
– aanroepen van geesten, voorouders en goden
– de moeder draagt haar kindje binnen en toont het aan de aanwezigen
– de vader neemt de boreling van de moeder over, plaats het op zijn knie en erkent het als het zijne
– de hoorn gaat ter verwelkoming van de boreling
– offer
– afsluiting
Bij twee vaders of twee moeders heeft het ritueel enige aanpassingen nodig, maar die zijn makkelijk te bedenken.
Dood
Mijn broer had jaren een rondvaartboot, een partyschip wel te verstaan. Een van de zaken waar hij regelmatig voor geboekt wordt, zijn asverstrooiingen door hindoestanen. Zelf heeft hij niets met wat voor geloof dan ook, maar is nu wel af en toe gastheer bij een religieuze plechtigheid. Het is grappig hem te horen vertellen dat hij hindoestanen die opbellen om het schip te boeken voor een asverstrooiing aanraadt contact op te nemen met hun pandit als ze onzeker zijn over de gebruiken rond het gebeuren. De zorgvuldigheid van hem naar zijn klanten, het doorvragen om er achter te komen wat ze werkelijk willen, het meedenken en uit ervaring weten wat mogelijkheden en soms zelfs gewoonten zijn, herken ik uit het werk als rituelenbegeleider.
Van gebruiken rond de dood van de oude Germanen is het een en ander bekend door bijvoorbeeld graven die terug zijn gevonden. In Nederland zijn er nog grafheuvels waar voorouders uit oude tijden in rusten. Men begroef de doden of ze werden verbrand, dit verschilt onder meer per gebied en tijdsperiode. Bij verbranding werd de urn soms alsnog begraven, samen met de nodige grafgiften.
Nog lang hoorde een doodskleed bij de uitzet en was het ook niet vreemd het hout voor de kist al lang van te voren in bezit te hebben. Dood hoorde bij het leven, iets dat in deze tijd anders is. Het onderwerp dood en begraven wordt vaak gemeden. Het lijkt meestal zo ver weg en vaak gaan we er vanuit dat er nog tijd genoeg om erover na te denken of om het te bespreken. Toch is het wel zo prettig van ouders, maar ook van andere familieleden of vrienden te weten wat hun wensen zijn. Zeker als de mogelijkheid bestaat bij het regelen van de uitvaart betrokken te raken. Bij een begrafenis of uitvaart staan immers de wensen van de overledenen voorop. Voor familie, vrienden en andere genodigden is het een moment van afscheid nemen en gezamenlijke rouwverwerking.
Het schort mij nog aan ervaring met begrafenis- of uitvaartrituelen, maar ik kan er wel een en andere bij bedenken. Een doodskleed met heidense zinnebeelden erop geborduurd bijvoorbeeld of een kist versierd met het zinnebeeld van de god of godin naar wie de overledene is gegaan.
Nu Nederland een multi-culturele samenleving geworden is, zijn begrafenisondernemers heel wat gewend aan rituelen. Het lijkt mij dat ze er niet van op zullen kijken als er voor gekozen wordt om met het hele aanwezige gezelschap tijdens de uitvaart rond de kist te gaan staan, waarbij de hoorn rond gaat en er heildronken op de overledene uitgebracht worden.
Neem gerust contact op met Het Rad als je verdere vragen hebt over rituelen of ceremonieën en een andere mogelijkheid is je aan te melden bij de FB-groep om je vragen daar te stellen en er over te kunnen babbelen met andere heidenen.
Aan te raden boeken en artikelen:
Jager, Jef de – Rituelen, Nieuwe en oude gebruiken in Nederland
Het Spectrum, Utrecht, 2001 tweede druk
Laan, K. ter – Folklore en volkswijsheden in Nederland en Vlaanderen
Prisma, Utrecht 2005, derde druk
Wodening, Eric – The Rites of Heathendom, Blót, Symbel, and other Rites
Published by Cafe Press 2003
Rachèl – Onze heidense huwelijksceremonie
Artikel in kwartaaltijdschrift ‘Balder’, uitgave van Het Rad, Dordrecht, Midzomer 2007